Knipperend door het felle licht sloeg ik de deur achter mij dicht. Die rottige ochtendzon ook, of eigenlijk, die rottige ochtend. Ochtenden zijn niet mijn ding, geef mij maar avonden of nachten.
Dat sommige nachten uitlopen tot ochtenden, daar kan ik dan nog mee leven. Maar dat het ontwaken in de ochtend plaats moet vinden, daar kan ik nog steeds slecht aan wennen.
Voor de kerk stond een horde toeristen, de volgende horde zag ik in de verte al aankomen. Er stond een vrouwtje in het midden te vertellen in het Engels. Dat er appartementen waren “so you can actually live in a church“. Ja, geweldig. Vertel er maar niet bij dat om het half uur die klokken herrie gaan schoppen, waar je dan toch volgens mij aardig dichtbij zit.
Ik baan me een weg naar mijn motor, die -bij gebrek aan beter- naast de kerk geparkeerd staat. Het verhaal is hier blijkbaar af, en de toeristen komen voorbij. Ik voel me net een aap in de apenheul, ben ik nu de attractie?
Sir! Sir! Did you loose your glove?? hoor ik ineens een man van een afstandroepen. Hah, Engelsen, geen Duitsers, dacht ik. De betekenis van hetgeen hij zojuist zei drong nog niet helemaal tot me door. Maar toch draaide ik me om, en begon ik er maar heen te lopen.
Oh wacht eens, glove, handschoen. Handschoenen die in mijn helm gepropt zitten. Nu dus nog maar één.
Hey, toch wel tof die toeristen. De man wist het zelf waarschijnlijk niet, maar hij gaf me nu 60 euro handel terug. Als je handschoenen per stuk zou kunnen berekenen that is.
Ik mompelde een paar keer “thank you” en liep verbijsterd terug naar mijn motor.
Thank you.
Jezus, Rolandow, wat naïef! Het internet staat echt ból van de toeristen!